Bij het zorgvuldig verwijderen van bepaalde vensterbanken (die zonder breuk kunnen worden losgemaakt) is het bouwen van een containment en het dragen van adembescherming niet nodig, dat blijkt uit TNO onderzoek.
Bij deze werkmethode is de borging dat de werkzaamheden deskundig en zorgvuldig worden uitgevoerd cruciaal. VERAS en VVTB hebben daarom een voorstel gedaan aan SZW om dit per 1 april 2019 in het Certificatieschema te regelen. Daardoor kan het verwijderen van asbesthoudende vensterbanken effectiever en efficiënter, maar met behoud van de borging van veilig en gezond werken.
Al geruime tijd spreken VERAS en VVTB overigens met SZW over deze kwestie, mede in reactie op voorstellen van Aedes. Aedes voert druk uit op het Ministerie van SZW om regels snel aan te passen. Wat Aedes wil is de verwijdering van asbest buiten het wettelijke stelsel van de borging van veilig en gezond werken trekken. Veelvoorkomende asbestbronnen hoeven dan niet langer door gespecialiseerde aannemers te worden gesaneerd. Woningcorporaties moeten daarbij zelf controles gaan uitvoeren, zo stelt Aedes. Om dit te bereiken worden risico’s van asbest en het belang van de borging van veilig en gezond werken gebagatelliseerd.
VERAS en VVTB maken zich daar ernstige zorgen over. Er zijn voorbeelden waarin juist woningcorporaties het niet nauw nemen met hun rol als opdrachtgever, waar het gaat om veilig en gezond werken. Financiële risico’s van het verwijderen van asbestbronnen worden in contracten afgewenteld op de (hoofd)aannemer. Daarom is een systeem nodig voor de borging van veilig en gezond werken door opdrachtgevers, werkgevers en werknemers in de asbestsanering.
